IEXGeld

Dossiers

Profiel

12 meest gemaakte fouten in de belastingaangifte

Dankzij het vooringevulde formulier is de aangifte voor de inkomstenbelasting een stuk eenvoudiger geworden. Toch kan er nog veel verkeerd gaan, waardoor je het risico loopt op een naheffing of mislopen van belastingvoordeel.

We moeten er weer aan geloven: aangifte doen voor de inkomstenbelasting. Helaas gaat het nog weleens onbedoeld mis, met alle gevolgen van dien. We zetten 12 veel gemaakte fouten in de aangifte voor je op een rij.

1. Kosten voor een verbouwing in mindering gebracht

Veel huiseigenaren denken ten onrechte dat ze de kosten voor een verbouwing, zoals de aanleg van een serre of nieuwe keuken, mogen aftrekken. Maar dit is helaas niet het geval.

Sluit je voor die verbouwing een lening af, dan mag je de rente daarentegen wèl korte tijd aftrekken.

2. Kosten voor de makelaar afgetrokken

De hypotheekrente is natuurlijk een belangrijke aftrekpost voor huiseigenaren. Koop je een huis, dan zijn er nog meer posten die je in mindering mag brengen op je inkomen.

Kort gezegd mag je alle kosten die je hebt gemaakt om de hypotheek te krijgen in mindering brengen op je inkomen. Denk bijvoorbeeld aan de rekening van de hypotheekadviseur, taxatiekosten, notariskosten voor de hypotheekakte, afsluitprovisie en kosten voor de aanvraag van Nationale Hypotheek Garantie.

Check ook: Fors besparen op je hypotheek? 5 tips

Ook als je vanwege de lage rente je hypotheek hebt overgesloten of hebt gekozen voor rentemiddeling, mag je alle kosten die je hiervoor hebt gemaakt aftrekken, zoals advies-, taxatie- en notariskosten en een boeterente. Dat zien huizenbezitters nog wel eens over het hoofd.

Anderzijds voeren huizenbezitters soms ook ten onrechte kosten op als aftrekpost, zoals courtage voor de makelaar, overdrachtsbelasting, de premie voor een kapitaalverzekering eigen woning en notariskosten voor de koopakte. Deze kosten hebben echter niets te maken met de financiering van je huis, dus hierin komt de fiscus je helaas niet tegemoet.

3. Verkeerde WOZ-waarde opgegeven

Elke huizenbezitter moet voor de woning een bedrag bij zijn inkomen tellen: het eigenwoningforfait. Voor de meeste woningen was dit afgelopen jaar 0,50% van de WOZ-waarde.

Lees ook: WOZ-waarde te hoog? Zo maak je met succes bezwaar

Hoewel de WOZ-waarde meestal al vooraf is ingevuld, is het wel belangrijk om te checken of het bedrag klopt. Voor de aangifte over 2021 moet je niet de beschikking met waardepeildatum 1 januari 2021 gebruiken, maar die van het jaar ervoor, met peildatum 1 januari 2020. Dit gaat vaak fout.

4. Verkeerd bedrag eigenwoningforfait ingevuld

Ben je verhuisd, let dan goed op vanaf welke datum je het eigen woningforfait berekent. Hierbij geldt niet de verhuisdag, maar de datum waarop je bij de gemeente bent ingeschreven.

Heb je de ene koopwoning verruild voor de andere, dan moet je voor elk huis afzonderlijk eigenwoningforfait berekenen over de periode waarop je daar stond ingeschreven.

Ga je van een huur- naar een koopwoning, dan moet je eigenwoningforfait betalen vanaf de dag dat je door de gemeente op het nieuwe adres bent ingeschreven. Verhuis je juist naar een huurhuis, dan moet je het eigenwoningforfait berekenen tot de datum waarop je bent uitgeschreven uit het koophuis.

5. Zorgpremie en eigen risico afgetrokken

Vaak wordt gedacht dat zorgkosten een interessante aftrekpost vormen. Helaas is dit voor de meeste mensen niet het geval. Je mag alleen medische kosten aftrekken die je niet krijgt vergoed. Ga je bijvoorbeeld naar de tandarts of de fysiotherapeut en krijg je (een deel van) de kosten vergoed door je zorgverzekeraar, dan mag je die rekening niet aftrekken van je inkomen.

Ook de premie voor je zorgverzekering en het eigen risico dat in rekening is gebracht mag je helaas niet opvoeren.

6. ... en het bonnetje voor een doosje paracetamol

De kosten voor medicijnen zijn alleen aftrekbaar als deze door een arts zijn voorgeschreven en je hiervoor geen vergoeding van je verekeraar hebt gekregen.

Het bonnetje van de drogist voor de aanschaf van hooikoorts- en paracetamoltabletten kan helaas de prullenbak in.

7. Kosten voor contactlenzen of bril afgetrokken

Ook voor de kosten voor veel hulpmiddelen kun je helaas op weinig coulance van de Belastingdienst rekenen. Zo zijn de kosten voor de aanschaf van een bril, contactlenzen en lenzenvloeistof niet aftrekbaar. Ook de rekening van een ooglaserbehandeling mag je niet opvoeren als zorgkosten. Alleen hulpmiddelen die je gezichtsvermogen vervangen, zoals een blindenstok, zijn aftrekbaar.

Heb je vorig jaar je been gebroken en hiervoor krukken aangeschaft? Ook dan heb je pech, want deze kosten zijn volledig voor eigen rekening. Hetzelfde geldt voor een rollator en scootmobiel.

Een gehoorapparaat en steunzolen daarentegen zijn wèl aftrekbaar. Hoe het precies zit, kun je lezen op deze website van de Belastingdienst.

Houd er wel rekening mee dat je hiernaast nog te maken hebt met een drempel, die vrij hoog is. De meeste mensen kunnen hierdoor helemaal geen zorgkosten aftrekken.

8. Belastingschuld afgetrokken van vermogen

Over je spaargeld, beleggingen en bijvoorbeeld een vakantiehuis over 2021 moet je belasting betalen in box 3 als de totale waarde hoger is dan €50.000 (of een ton als je een fiscaal partner hebt). Van dit vermogen mag je eventuele schulden aftrekken, voor zover die uitkomen boven een drempel van €3.200.

Check ook: Zo hard daalt de waarde van je spaargeld op dit moment

Helaas zijn niet alle schulden aftrekbaar. Denk bijvoorbeeld aan ondernemersschulden en studieschulden die nog kunnen worden omgezet in een gift. Ook de meeste belastingschulden mag je niet van je vermogen aftrekken, behalve verschuldigde erfbelasting.

9. Verkeerde peildatum voor je vermogen

Bij de aangifte voor de vermogensbelasting moet je altijd de waarde op de eerste dag van het kalenderjaar opgeven. Bij je aangifte over 2021 moet je dus kijken naar je vermogen op 1 januari 2021. Neem dus niet de waarde mee van 31 december van dat jaar.

Ook een vakantiehuisje geldt als vermogen, waarover je belasting moet betalen. Het verwarrende is dat voor de waarde hiervan weer een andere peildatum geldt: 1 januari van het jaar vóór het aangiftejaar. Voor je aangifte over 2021 is dat dus 1 januari 2020 en niet 1 januari 2021!

10. Kosten voor een laptop voor een opleiding opgevoerd

Volg je een kluscursus, dan mag je het lesgeld en de materiaalkosten helaas niet in mindering brengen op je inkomen. Je mag namelijk alleen kosten aftrekken voor een opleiding voor een toekomstig beroep.

Maar er gelden nog meer beperkingen. Zo mag je alleen de kosten van jou en je fiscaal partner aftrekken; niet die van je kinderen. Ook zijn lang niet alle kosten aftrekbaar. Je mag de kosten voor een laptop, printer, internetabonnement en de inrichting van je studeerkamer bijvoorbeeld niet in mindering brengen. Ook reiskosten en rente over een studieschuld zijn helaas niet aftrekbaar. Verder geldt er een drempel van €250.

2021 is overigens het laatste jaar waarin je studiekosten mag aftrekken. Dit jaar is er een nieuwe regeling voor in de plaats gekomen: het zogeheten STAP-budget. Op deze website vind je daar meer informatie over.

11. Advocaatkosten betaalde partneralimentatie afgetrokken

Kinderalimentatie is helaas niet aftrekbaar. Betaalde partneralimentatie wèl. Maar dit geldt niet voor alle juridische kosten die je moet maken om het bedrag vast te stellen, aan te passen of stop te zetten. Dat wordt weleens over het hoofd gezien.

Lees ook: Ex betaalt geen alimentatie. Wat nu?

... of deze als ontvanger over het hoofd gezien

Degene die partneralimentatie ontvangt daarentegen, mag wèl alle kosten aftrekken die ermee gemoeid zijn om de alimentatie te ontvangen. Behalve de advocaatkosten moet je bijvoorbeeld ook denken aan incassokosten en zelfs telefoonkosten en postzegels.

Check ook: Baan kwijt? Zo verlaag je de alimentatie

Daar staat wel tegenover dat de alimentatie moet worden opgegeven als inkomen. Dit kan invloed hebben op eventuele toeslagen, dus houd dat goed in de gaten.

12. Auto van de zaak: kosten vergeten af te trekken

Heb je een auto van de zaak die ook als zodanig is aangemerkt, dan mag je alle autokosten aftrekken van de winst. Hieronder valt niet alleen de benzine of diesel die je hebt getankt, maar ook de premie voor de autoverzekering, parkeerkosten, motorrijtuigenbelasting, de nota van garage en zelfs de kosten van de wasstraat.

Is de auto aangemerkt als privé-auto, dan mag dat helaas niet. In plaats daarvan mag je voor elke zakelijke rit 19 cent per kilometer aftrekken.

Lees ook: Belasting ontduiken met cryptomunten? Fiscus heeft je in het vizier

Lees ook:

Extra aflossen op je hypotheek?

Vijf voordelen op een rijtje. Lees verder ›