IEXGeld

Dossiers

Profiel

Duurzaam beleggen: welke smaken zijn er?

Aanbieders van beleggingsfondsen en ETF's springen gretig in op de duurzaamheidstrend. Het productaanbod is de afgelopen jaren explosief gegroeid. De methodes die fondsbeheerders gebruiken om te bepalen wanneer een belegging duurzaam is, verschillen echter enorm. Welke opties heb je?

Als je in de naam van een beleggingsfonds de term 'duurzaam' of 'sustainable' ziet staan, wil dat niet automatisch zeggen dat dit bedrijf het beste voor heeft met het milieu, sociale aspecten of goed ondernemingsbestuur, de zogeheten ESG-criteria. Er kunnen ook vervuilende bedrijven tussen zitten, omdat het fonds bijvoorbeeld alleen bepaalde sectoren, zoals wapen- of tabaksproducenten uitsluit.

Check ook: Vijf misvattingen over duurzaam beleggen

Hoe weet je nu hoe duurzaam een beleggingsfonds of ETF echt is? Laurens Sombroek, portfoliomanager bij Care IS Vermogensbeheer, zette voor de website Belegger.nl de vier meest voorkomende methodes van fondsbeheerders op een rij, variërend van lichtgroen tot impactbeleggen.

1. Lichtgroen: uitsluiten 

De eenvoudigste methode van duurzaam beleggen is 'uitsluiten', zo schrijft Sombroek. Bedrijven die bepaalde richtlijnen schenden (bijvoorbeeld de 10 principes van de UN Global Compact) worden uitgesloten. Je haalt hiermee de meest rotte appels uit je portefeuille.

Deze strategie wordt ook wel lichtgroen genoemd, omdat het eigenlijk een eerste, beperkte stap is in het verduurzamen van een portefeuille.

2. Iets groener: het beste jongetje van de klas

De meeste duurzame beleggingsfondsen en ETF’s gaan een stapje verder dan alleen het uitsluiten van sommige bedrijven. Zij maken gebruik van de best in class-methode. Per regio en sector wordt dan alleen belegd in een bepaalde groep bedrijven met de hoogste duurzaamheidsscores.

Vergeleken met de methode van uitsluitingen is het principe van best in class een wat verfijndere manier om duurzaam te beleggen, vindt Sombroek. Het beoordelen van bedrijven op duurzaamheidscriteria is namelijk direct verweven in het selectieproces.

Sombroek wijst er wel op dat met deze methode ook kan worden belegd in sectoren die op zichzelf niet noodzakelijkerwijs duurzaam zijn. Denk bijvoorbeeld aan olie- of luchtvaartmaatschappijen. Wel zorgt de beheerder ervoor dat hij binnen die sectoren alleen de minst vervuilende bedrijven selecteert.

3. Themafondsen

Hoewel themabeleggen een meer algemene beleggingsterm is, vallen hier ook bepaalde duurzaamheidsstrategieën onder, aldus Sombroek. Zo zijn er diverse beleggingsfondsen en ETF’s beschikbaar die zich specifiek focussen op bijvoorbeeld windenergie, schoon water of genderdiversiteit.

Sombroek wijst erop dat bij deze strategieën het rendement steeds meer ondergeschikt is aan het duurzame resultaat. Vaak is de spreiding binnen dergelijke fondsen relatief laag en zijn de fondskosten relatief hoog. Maar daar staat wel tegenover dat je als belegger echt een verschil kunt maken richting een bepaalde duurzame ontwikkeling.

4. Meest groene variant: impactbeleggen

Kies je voor een impactfonds, dan beleg je in bedrijven, organisaties of projecten die een meetbare positieve bijdrage leveren aan het milieu.

Deze vorm van duurzaam beleggen gaat echt een stap verder dan alleen het uitsluiten of overwegen van bepaalde bedrijven. Het rendement is bij impactbeleggen ondergeschikt aan de positieve duurzame impact. Je moet dus accepteren dat je rendement lager kan zijn, in ruil voor de duurzame bijdrage die je als belegger levert.

Lees ook: Microkredieten: veel impact en een hoog rendement

Voorbeelden van impactbeleggen zijn projecten om scholen te bouwen in ontwikkelingslanden of bedrijven die werken aan duurzame energieoplossingen.

Vroeger was impactbeleggen alleen mogelijk via kleinschalige, illiquide investeringen en projecten. Maar volgens Sombroek zijn er anno 2021 steeds meer beursgenoteerde producten beschikbaar die impactbeleggen mogelijk maken. Denk bijvoorbeeld aan microkredietfondsen en groenfondsen.

Groenfondsen: belastingvoordeel

Hoewel de rendementen van groenfondsen misschien wat lager zijn dan van een traditioneel aandelenfonds, kun je mogelijk wel belastingvoordeel genieten in box 3 van de inkomstenbelasting. Want als je je geld in een officieel erkend groenfonds hebt gestoken krijg je een extra vrijstelling voor de vermogensbelasting. Deze bedraagt 59.477 euro. Heb je een fiscaal partner, dan mag je dit bedrag verdubbelen.

Daar blijft het niet bij: je krijgt ook nog een korting op de inkomstenbelasting van 0,7% over het saldo op deze groenrekening tot 59.477 euro (of dubbel zoveel met een fiscaal partner).

Check ook: Hoe selecteer je het beste duurzame beleggingsfonds?

Gerelateerde Tools

Lees ook:

Pelé-index: zo presteren je voetbalaandelen

Beleggen in voetbalaandelen? Beter van niet. "Gejuich in het stadion gaa... Lees verder ›