Is het verkopen van spullen je passie of wil je op een redelijk laagdrempelige manier kennismaken met het ondernemerschap? Dan kan het opstarten van een webwinkel misschien wel iets voor jou. In vijf stappen heb je een online boetiekje.
Lees ook: Vier dingen om op te letten als je online iets koopt
1. Kamer van Koophandel
Omdat je als eigenaar van je webshop online producten verhandelt, moet je je inschrijven bij de Kamer van Koophandel en een BTW-nummer aanvragen, al is dit laatste niet altijd verplicht.
Over je verkochte producten moet je BTW in rekening brengen en ook afdragen. Lever je ook aan buitenlandse klanten? Dan krijg je mogelijk te maken met de dit jaar ingevoerde nieuwe BTW-regels: op digitale producten (onder meer op muziek, games, films, software) moet je het BTW-tarief in rekening brengen van het land waar je klant woont.
2. Regel een domeinnaam
Heb je al een naam voor je webwinkel bedacht? De naam van je shop kun je verwerken in een domeinnaam, dus het internetadres waar toekomstige klanten jouw winkel kunnen vinden.
Een domeinnaam registreer je via een van de door Stichting Internet Domeinregistratie Nederland erkende aanbieders. Keuze genoeg: er zijn zo'n 18.000 organisaties die domeinregistraties regelen. Een lijst van alle aanbieders vind je hier.
Verschillen liggen vooral in de prijs (die kan variëren van enkele tot tientallen euro's per jaar) en de service van een partij, maar ook in extra diensten als webdesign. In dat laatste geval hoef je zelf geen website te bouwen.
3. Webshop bouwen
Met alleen een domeinnaam ben je er namelijk nog niet. Je moet een online winkel nog helemaal optuigen. Vooral deze stap is vrij kostbaar, al zijn hier ook veel aanbieders die verschillende pakketten aanbieden.
De aanbieders laten je vaak aan de hand van diverse thema's en voorgeprogrammeerde functies een webshop bouwen. Je hebt hiervoor weinig kennis van webdesign nodig. Wel heb je op die manier minder vrijheid om je winkel geheel volgens je eigen smaak in te richten dan wanneer je een webdesigner zou inschakelen.
Via bijvoorbeeld MijnWebwinkel, Strato, SEOshop of CCV Shop kun je een webwinkel bouwen, voor prijzen variërend van enkele euro's tot 190 euro per maand. Bij sommige pakketten krijg je ook de mogelijkheid om een domeinnaam uit te zoeken, dus dan kun je stap 2 overslaan.
4. Informatievoorziening
Het succes van een webwinkel is deels afhankelijk van het vertrouwen dat klanten in jouw onderneming hebben. Timmer daarom alles juridisch dicht en zorg voor algemene voorwaarden die de lading geheel dekken. De KvK geeft enkele tips over het opstellen van algemene voorwaarden.
Daarnaast zijn er nogal wat regels waar je je als webwinkelier aan moet houden. Naast informatieverplichtingen rondom bijvoorbeeld bedenktijd, klantenservice en levertermijn, moet je je ook aan regels houden over het bestelproces, cookies en het afhandelen van bestellingen.
Autoriteit Consument & Markt zet de belangrijkste regels in dit artikel op een rij. In dat artikel kun je ook de regels vinden omtrent het gebruik van keurmerken.
Een keurmerk als Thuiswinkel Waarborg kun je overwegen om de betrouwbaarheid van je webshop te laten erkennen. Hier komen wel kosten bij kijken, zoals inschrijfkosten (75 euro), certificeringskosten (390 euro) en jaarlijkse contributie (oplopend van 150 euro tot 29.000 euro bij een jaaromzet van 50 miljoen euro). Volgens Thuiswinkel zorgt het keurmerk voor meer conversies: 26% koopt niet zonder Thuiswinkel Waarborg.
5. Betalingsverkeer regelen
De inkomsten uit je webshop komen uiteraard van klanten die een bestelling plaatsen. Daarom moet je zorgen dat het betalingsverkeer vloeiend kan verlopen, door verschillende betalingsmogelijkheden aan te bieden als iDEAL of creditcard. Om van de diverse mogelijkheden gebruik te mogen maken, moet je als eigenaar van een webshop eerst een contract afsluiten bij een bank of een betalingsprovider. Hier vind je een lijst van banken en bedrijven die onder andere een iDEAL-licentie mogen verstrekken.
Volgens Ondernemen & Internet is het aantrekkelijker om het betalingsverkeer uit te besteden aan een provider. Je draagt per transactie namelijk een bedrag af aan de bank of provider die de betalingsmogelijkheden faciliteert. Dit kan een vast bedrag zijn van bijvoorbeeld 0,25 euro of 0,45 euro per transactie of een percentage van het aankoopbedrag.
Betalingsproviders zouden door enorme volumes vaak de kosten laag kunnen houden, waardoor ze een goedkopere optie zijn dan de bank. "Daarnaast hebben betalingsproviders meer ervaring met het implementeren van een veilige omgeving en kunnen ze je ondersteunen bij problemen en fraude helpen tegengaan," zo valt te lezen op de website van Ondernemen & Internet. Overigens kun je de transactiekosten ook doorberekenen aan je klanten.
Lees ook: Aan de slag als zzp'er: zo kun je je plannen financieren
Heb je alle stappen doorlopen en de regels in acht genomen? Check dan nog een laatste keer of je echt een goede webwinkelier bent aan de hand van deze checklist.