Ondanks de lage rente sparen we tegen de klippen op. Sinds de uitbraak van de coronapandemie zijn de banktegoeden van Nederlandse huishoudens met €52 miljard gestegen, zo heeft het ING Research becijferd. Dat is een recordbedrag. Vooral hogere inkomens hebben veel gespaard.
Afgelopen mei hadden Nederlandse huishoudens 507 miljard euro op de bank staan. Dat is een stijging van 52 miljard euro op jaarbasis ofwel €6.500 per huishouden
Dat zoveel gespaard kon worden is volgens ING voor een deel te danken aan de belastingverlaging en overheidssteun. Deze maatregelen zorgden ervoor dat het inkomen van veel Nederlanders op peil bleef.
Noodgedwongen sparen
Volgens de onderzoekers was meer dan de helft van de stijging van de spaartegoeden (in totaal circa €28 miljard) een ’gedwongen besparing’: geld dat we tijdens de lockdown moeilijker konden uitgeven omdat veel winkels, kappers en horeca waren gesloten en we niet op vakantie konden.
Er is volgens ING een kans dat dit geld alsnog wordt besteed nu de economie voor een groot deel weer open is gegaan.
Lees ook: Beleggen of toch sparen?
Vooral tijdens de vorige lockdown, tussen maart en mei 2020, namen de spaartegoeden flink toe. In het derde kwartaal, toen er een lichte versoepeling was en het bijvoorbeeld weer mogelijk was om uit eten te gaan, gaven Nederlanders weer wat meer uit en werd er minder gespaard dan daarvoor, al bleven de banktegoeden bovengemiddeld hoog.
Tijdens de tweede lockdown , afgelopen najaar, was een vergelijkbaar patroon te zien. Er werd tussen december 2020 en februari 2021 weer aanzienlijk meer gespaard, al dan niet gewongen. Wel namen de banktegoeden toen wat minder hard toe, onder andere door vervangingsuitgaven (geld dat anders aan de horeca was besteed, werd uitgegeven aan bijvoorbeeld elektronica, voeding en drank) en de groei van het aantal webshops.
Geldzorgen
Naast gedwongen besparingen kunnen ook zorgen over de financiële gevolgen van de coronapandemie een rol hebben gespeeld bij de spaardrift. Door angst voor baanverlies parkeerden consumenten liever wat extra geld op een spaarrekening, om een mogelijke klap te kunnen opvangen, in plaats van dat uit te geven.
De rekenmeesters van ING wijzen naar een onderzoek in zes EU-landen, waaronder Nederland, waaruit blijkt dat huishoudens met grotere zorgen over hun financiële situatie als gevolg van Covid-19 bereid waren om een kleiner deel van extra inkomsten te besteden: zogeheten voorzorgbesparingen. Dat is volgens ING een normaal fenomeen tijdens recessies.
Vooral hogere inkomens zijn meer gaan sparen
Uit het onderzoek blijkt dat de groei van de spaartegoeden vooral op conto komt van mensen met een hoger inkomen en/of een goter vermogen. Maar liefst 70% van de toename van de banktegoeden van afgelopen jaar vond plaats bij de 50% meest vermogende Nederlanders.
Op zich is dat niet zo verrassend. Hogere inkomens houden elke maand meer over en kunnen dus ook wat makkelijker geld opzij zetten dan lagere inkomens, die soms moeite hebben om de eindjes aan elkaar te knopen.
Bovendien geven hogere inkomens traditiegetrouw meer geld uit aan zaken waarvoor tijdens de coronacrisis strenge beperkingen golden, zoals buitenlandse reizen, culturele uitstapjes en uit eten gaan. Dat geld is tijdens de lockdown op de plank blijven liggen.
Check ook: 5 slimme alternatieven voor een spaarrekening