IEXGeld

Dossiers

Profiel

Dit verandert er in 2016 voor je portemonnee

Een nieuw jaar, een kluwen nieuwe regels. Bijvoorbeeld op het gebied van wonen, werk, zorg en je vermogen. Ga voorbereid het jaar in! Je geldzaken in 2016: dit verandert er.

Wonen

  • Door de loan-to-value-regeling kun je in 2016 minder lenen voor de aankoop van een huis dan in 2015. Je kunt in het nieuwe jaar nog maar maar 102% van de woningwaarde lenen (in plaats van 103%).

  • Het blijft wel mogelijk om een hogere hypotheek af te sluiten als je energiebesparende maatregelen neemt en die wilt meefinancieren. Een voorbeeld van zo'n groene investering is de aanschaf van een HR-ketel.

    Let op: je moet dan wel een gezamenlijk bruto jaarinkomen van minimaal 33.000 euro hebben (dit is nu 32.000 euro). En je totale hypotheek mag niet hoger zijn dan 106% van de marktwaarde van de woning.

  • Tweeverdieners kunnen vanaf januari meer lenen voor een koopwoning. Het tweede inkomen weegt voor de financieringslast mee voor 50%. Dat is nu nog 33%.

  • De onroerendezaakbelasting (ozb) gaat, net als vorig jaar, omhoog. Gemiddeld met 1,8%.

  • Vanaf 1 juli gaat het grensbedrag om in aanmerking te komen voor een hypotheek met Nationale Hypotheekgarantie (NHG) omlaag van 245.000 naar 225.000 euro.

  • Vanaf 1 oktober 2016 wordt de WOZ-waarde van ieder huis openbaar voor iedereen. Je kunt dan online de waarde van jouw huis vergelijken met die van andere woningen.

  • Iedere Vereniging van Eigenaren (VvE) is vanaf juli verplicht jaarlijks een bepaald bedrag (0,5% van de herbouwwaarde) te sparen voor herstel en onderhoud van de woningen die onder de vereniging vallen.

Lees ook: Wordt de maximale hypotheek nóg lager?

AOW en pensioen

  • Vanaf 2016 gaat de AOW-leeftijd versneld omhoog. Eerst in stappen van drie maanden, vanaf 2018 in stappen van vier maanden.

  • De tijdelijke heffingskorting voor vroeggepensioneerden vervalt. Dat scheelt maximaal 61 euro per jaar.

  • AOW'ers krijgen vanaf 2016 geen ouderentoeslag (een extra vrijstelling op de vermogensbelasting) meer. Hierdoor betalen zij net zoveel belasting over spaargeld en vermogen als anderen.

Lees ook: De pensioenknip wordt weer ingevoerd. Hoe zit dat precies?

Werk

  • De maximale duur van de werkloosheidsuitkering (WW) wordt tussen 1 januari 2016 en 1 april 2019 met een maand per kwartaal ingekort, tot 24 maanden. De maximale duur van de ww is nu nog 38 maanden.

  • Als je minstens een half jaar in dienst bent, kun je als werknemer je werkgever verzoeken je arbeidstijden en arbeidsplaats aan te passen. Dit is onderdeel van de Wet Flexibel Werken.

    De werkgever mag het verzoek om andere arbeidstijden alleen weigeren bij zwaarwegend bedrijfs- of dienstbelang. Het verzoek om een andere arbeidsplaats (bijvoorbeeld als je enkele dagen thuis wilt werken) mag de werkgever alleen weigeren na overleg met jou.

  • Vanaf het nieuwe jaar wordt voor het opzeggen van een arbeidscontract met een AOW'er een opzegtermijn van een maand gehanteerd.

  • De maximale transitievergoeding (na ontslag) wordt hoger. In 2015 was dit 75.000 euro, in het nieuwe jaar is het 76.000 euro.

Lees ook: Wil je ontslag nemen? Houd rekening met de opzegtermijn!

Zorg

  • De totale premie voor de basisverzekering is in 2016 ongeveer 36 euro duurder dan in 2015. Gemiddeld kost een basisverzekering komend jaar 1.204 euro.

  • Aan de basisverzekering is een aantal behandelingen toegevoegd, zoals een operatie van foetussen met een open ruggetje. Er verdwijnen geen behandelingen uit het pakket.

  • Het verplichte eigen risico gaat omhoog naar 385 euro (in 2015 was het nog 375 euro). Het betekent dat je de eerste 385 euro aan zorgkosten zelf moet betalen (voor bijna alle zorg, met uitzondering van bezoek aan huisarts en verloskundige, kraamzorg en zorg uit een aanvullende verzekering).

  • De maximale zorgtoeslag stijgt ook. Voor alleenstaanden stijgt het bedrag naar maximaal 992 euro, voor fiscale partners is het maximumbedrag 1905 euro. Let op: om voor zorgtoeslag in aanmerking te komen, mag je inkomen niet hoger zijn dan 27.000 euro (voor toeslagpartners is dit 33.500 euro).

Lees ook: Eigen bijdrage en eigen risico: de verschillen

Auto

  • Veel automobilisten gaan meer bpm betalen. De hoogte ervan is afhankelijk van de CO2-uitstoot. Er zijn vijf tariefgroepen - de bpm gaat omhoog voor de hoogste drie tarieven.

  • Automobilisten met een (semi-elektrische) auto die tussen de 1 en 50 gram CO2 per kilometer uitstoot, gaan de helft van het normale tarief aan motorrijtuigenbelasting betalen. Eerder waren zij volledig van deze belasting vrijgesteld.

  • Als je een elektrische auto hebt, betaal je helemaal geen motorrijtuigenbelasting meer.

  • De regels voor bijtelling worden strenger. Het kabinet scherpt bijvoorbeeld de regels rondom privégebruik van een auto van de zaak aan. De nieuwe bijtellingstarieven vind je hier.
  • Vanaf 2016 krijg je te maken met hogere accijnstarieven voor brandstof (en een aantal andere producten, waaronder frisdrank en mineraalwater). Vijftig liter benzine, bijvoorbeeld, wordt ongeveer 0,23% duurder dan in 2015.

  • Tot en met 30 juni kun je je wegenbelasting nog voor een jaar vooruit betalen. Daarna (dus vanaf juli) kun je alleen nog maar per kwartaal vooruit betalen (of 'gewoon' per maand via de automatische incasso).

Lees ook: Hoeveel wegenbelasting betaal jij in 2016 aan je provincie?

Kinderen

  • Ben je een werkende ouder? Dan krijg je komend jaar meer kinderopvangtoeslag (5,8%) voor het eerste en tweede kind. Dit kan ruim honderd euro per maand schelen.

  • Ook het kindgebonden budget stijgt. Hoeveel hoger het bedrag is, hangt af van je inkomen en vermogen, het aantal kinderen en hun leeftijden en of je alleenstaand bent of samenwoont. Hier kun je een proefberekening maken.

  • Het ziet ernaar uit dat ook de kinderbijslag iets omhoog gaat in het nieuwe jaar. Als de plannen doorgaan ontvang je vanaf 31 maart een paar euro meer per kind per kwartaal.

Lees ook: De kinderopvang wordt goedkoper

Inkomen, vermogen & (overige) belastingzaken

  • De belastingtarieven in de tweede en derde belastingschijf (box 1) gaan naar beneden (van 42 naar 40,4%). Het tarief in de eerste schijf stijgt licht: van 36,5% naar 36,55%. 

    De derde schijf wordt verlengd: het inkomen waarbij je het toptarief van 52% moet betalen - en dus in de vierde schijf terechtkomt - komt hoger te liggen (van 57.585 euro naar 66.421 euro).

  • De algemene inkomensafhankelijke heffingskorting gaat - voor mensen met een inkomen tot en met 19.922 euro - omhoog. Als je meer verdient ontvang je juist minder korting. Verdien je 66.417 euro of meer, dan krijg je geen korting.

  • De maximale arbeidskorting voor inkomens tot 34.015 euro gaat omhoog, van 2.220 euro naar 3.103 euro. Vanaf 34.015 euro wordt de korting steeds iets lager, tot aan een inkomen vanaf 111.590 euro. Verdien je dat, dan ontvang je geen arbeidskorting meer.

  • De inkomensafhankelijke combinatiekorting gaat omhoog naar maximaal 2.769 euro (was 2.152 euro).

  • De vrijstelling van belasting op je vermogen (nu 21.330 euro) gaat omhoog naar 24.437 euro. Over vermogen boven dat bedrag betaal je 1,2% vermogensrendementsheffing.

  • De werkbonus - een belastingkorting voor mensen met een lager inkomen - schuift op: dit jaar kon je vanaf 61 jaar in aanmerking komen voor het fiscale voordeel ervan, in 2016 moet je 62 jaar zijn.

  • De vrijstelling voor de spaarloonregeling vervalt. Als je op 1 januari een geblokkeerd spaartegoed hebt dat onder de spaarloonregeling valt, moet je dit opgeven bij je bezittingen in box 3 (vermogen).

  • De gemiddelde koopkracht stijgt in 2016 met 1,8%.

Lees ook: De vermogensbelasting op de schop. Dit verandert er.

Wat betekent dit voor jou?

Grote kans dat niet al het bovenstaande voor jou relevant is. Check onderstaande tool van Wijzer in Geldzaken om te kijken wat precies van toepassing is op jouw situatie.

Veel succes in het nieuwe jaar!

Gerelateerde Tools

Lees ook:

Extra aflossen op je hypotheek?

Vijf voordelen op een rijtje. Lees verder ›