IEXGeld

Dossiers

Profiel

Schakel je emoties uit bij beleggen. Dat levert mogelijk meer rendement op.

In theorie kan iedereen goed beleggen. Maar in de praktijk blijkt het een stuk moeilijker. Dat komt vooral doordat emoties in de weg staan - met name angst en hebzucht.

Waarom spelen die emoties toch zo'n grote rol bij het nemen van een beleggingsbeslissing? En waarom nemen beleggers juist door die emoties vaak verkeerde beslissingen?

Ofwel: waarom levert beleggen zonder emoties - zie ook de behavioral finance - vaak een beter rendement op?

Angst en hebzucht

De emoties angst en hebzucht kun je missen als kiespijn. Op het hoogste punt denkt de belegger dat hij nog meer kan verdienen en verkoopt dus niet (hebzucht). Als het aandeel dan weer daalt, is hij bang om nog meer te verliezen en verkoopt hij juist wel (angst). Dat is niet handig.

Een béétje hebzucht is wel nodig - anders moet je niet gaan beleggen - maar houd het onder controle. Laat je er niet té veel door leiden.

Stel daarom van tevoren vast op welke koers wilt gaan verkopen. En houd je daaraan. Een beleggingsagenda kan hierbij nuttig zijn. Zet bij elk aandeel wanneer je het kocht, waarom je het kocht en wat je koersdoel is.

Lees ook: Leren beleggen in aandelen: stel jezelf eerst deze vragen.

Kuddegedrag

De mens is een kuddedier. Hij vindt het eng om zich van de groep af te zonderen. Een belegger zal zich niet snel aan de algemene mening in de markt onttrekken en eigenwijs doen wat hij zelf denkt.

Hoe dit komt? Beleggers zijn in principe onzeker. Dit is logisch, want de aandelenmarkt is onvoorspelbaar. Als je 100% zeker weet dat iets gaat gebeuren, dan is de keuze om iets anders te doen dan de rest van de markt niet zo moeilijk. Als je onzeker bent, volg je eerder de kudde, want die zal het wel weten.

Of lemmingengedrag

Een andere term voor dit kuddegedrag is lemmingengedrag. Een lemming is een ratachtig dier. Als er te veel lemmingen zijn en er overbevolking dreigt, groeperen ze zich en stormen ze op een ravijn af. Zo voorkomen ze dat de lemming uitsterft door een tekort aan voedsel. Dit is te vergelijken met het gedrag van veel beleggers tijdens een aandelencrash.

Om niet met de kudde mee te gaan, is het belangrijk te weten wat de kudde denkt. Hoe je dit kunt meten? Een moeilijke vraag. Het is moeilijk om betrouwbare gegevens te verkrijgen over wat beleggers nu eigenlijk denken.

Een mogelijkheden om toch de psychologische toestand van beleggers te meten is de krantenkopratio. Ook zijn er verschillende internetsites die het sentiment bijhouden, zoals Guruwatch, IEX en Belegger.

Check ook: Negen tips voor succesvol beleggen in aandelen.

Té zelfverzekerd

Waar beleggers onzeker zijn over de aandelenmarkt, zijn ze vaak juist (te) zelfverzekerd over hun eigen kunnen. Veel beleggers denken dat ze het beter doen dan de beurs en gaan dus ook zelf beleggen in plaats van hun geld in een beleggingsfonds te stoppen.

Een gevaarlijk moment voor beleggers is als ze denken dat ze het snappen. Dan moeten ze juist heel erg oppassen! Bovendien leidt dit overmatige zelfvertrouwen tot een extreme hoeveelheid transacties. De bank is er blij mee, maar het leidt over het algemeen - door alle transactiekosten - tot een slechter rendement.

Lees ook: De vier meest gebruikte beleggingsstrategieën

Perspectief van winst en verlies

Psychologen hebben onderzoek gedaan naar het gedrag van beleggers. Ze gaven beleggers de volgende keuze:

Je hebt twee aandelen in portefeuille, het IT-bedrijf BYTE en de productiemaatschappij NOP. Het aandeel NOP heb je al jaren in portefeuille en ooit eens gekocht voor 20 euro. De koers nu is 50 euro. Daarnaast heb je net aandelen BYTE gekocht voor 50 euro. Beide aandelen dalen met 2 euro (dus naar 48 euro). Door omstandigheden moet je één van de aandelen verkopen. Welke verkoop je?

Het blijkt dat de meeste beleggers het aandeel NOP zouden verkopen omdat hier winst op is gemaakt. Op het aandeel BYTE zouden ze verlies maken. Dit is in feite onlogisch. Een belegger zou het aandeel moeten verkopen met de minste winstkansen en het aandeel met de meeste potentie aanhouden.

Nog een psychologisch spelletje:

  1. Je bent in het casino en hebt 1000 euro winst. De directie doet je het voorstel om voor quitte of dubbel te spelen. De meeste mensen zullen dit niet doen, want binnen is binnen en van winst nemen is nog nooit iemand arm geworden.
  2. Je bent in hetzelfde casino maar hebt nu 1000 euro verlies. De directie doet je hetzelfde voorstel, quitte of dubbel. In dit geval wagen de meest mensen wel de gok.

In beide gevallen wordt de dezelfde vraag gesteld en zou er theoretisch geen verschil mogen zijn tussen de antwoorden. In de praktijk is dit verschil er wel.

Sterker nog: de Amerikaanse professoren Barber en Odean hebben onderzoek gedaan onder 10.000 Amerikaanse beleggers. Het blijkt dat beleggers een positie verkopen in 14,8% van de gevallen als ze er winst op hebben gemaakt. Slechts 9,8% durft zijn verlies te pakken.

Beurs als casino 

Beleggers beschouwen het lot als een gelijke verdeling. Zij denken dat het na een lange periode pech beter zal gaan. Als een rouletteballetje al tien keer op zwart is gevallen, zetten de meeste gokkers hun geld op rood. In feite slaat dit nergens op. De kans dat het balletje voor de elfde keer op zwart komt is even groot als de kans dat hij nu wel op rood valt.

Onderzoek heeft aangetoond dat beleggers vooral de neiging hebben aandelen te kopen die fors in waarde zijn gedaald, en aandelen te verkopen die fors in waarde zijn gestegen. Ook dit slaat nergens op. Je moet aandelen beoordelen op hun toekomstige waarde en niet op wat het aandeel in het verleden heeft gedaan.

Lees ook: Ja, beleggen is riskant. Maar de beurs is geen casino.

Verkopen bij dalende koersen

Mensen, en dus beleggers, hebben graag het gevoel greep te hebben op hun leven. Dat geeft ze een aangenaam gevoel. Bijvoorbeeld door te verklaren waarom de beurs stijgt of daalt. Het geeft een sterk gevoel van eigen kunnen en eigenwaarde. Daarom vertellen beleggers het liefst over hun successen. Hun verliezen verdringen ze onbewust.

Op de beurs is de invloed van de individuele belegger nihil. Hij heeft dus geen greep op de beurs. De gedachte dat koersen te voorspellen zijn, of dat het mogelijk is constant een outperformance te halen, geeft enig gevoel van beheersbaarheid.

Bij een sterke koersdaling of -stijging verdwijnt dat gevoel volledig. In deze onzekere situatie keert de belegger terug naar zijn oerinstincten en dat is de kudde volgen. Dus: bij een koersdaling verkopen en bij een koersstijging kopen.

Deze tekst is een bewerking uit de Cursus Beleggen van beleggingsexpert Corné van Zeijl.

Gerelateerde Tools

Lees ook:

Wordt 2024 het jaar van de opkomende markten?

Dalende rentes zullen opkomende markten goed doen, is de verwachting. Lees verder ›