Starters op de woningmarkt zitten behoorlijk in de knel. 80% vindt de huizenmarkt ongunstig. En bijna de helft is al langer dan een jaar op zoek naar een huis. Dat blijkt uit de eerste Startersmonitor, die is opgesteld door het Ministerie van Binnenlandse Zaken, de Vereniging Eigen Huis en andere partijen op de woningmarkt.
Het onderzoek, waaraan ruim 6.300 starters deelnamen, schetst een weinig rooskleurig beeld van de positie van jongeren op de woningmarkt.
Somberte troef
78% van de respondenten vindt het nu een ongustig moment om op zoek te gaan naar een woning. Vooral starters die een koopwoning zoeken springen eruit: 81% van hen is somber gestemd. Bij huurders is dat 75%.
Starters schatten hun kans op het vinden van hun eerste eigen woning dan ook laag in: gemiddeld 35%. Hierbij zijn wel regionale verschillen te zien. In de provincies Utrecht en Groningen denkt slechts 27% kans van slagen te hebben. In Limburg (42%) en Flevoland (43%) is dat een stuk hoger, maar ook hier is dit nog altijd minder dan 50%.
Lees ook: Krapte op de woningmarkt? Het valt in Nederland nog mee
Maar liefst 54% is niet tevreden met de huidige woonsituatie. Slechts 26% is wel tevreden.
Vooral in Noord-Holland, Groningen en Noord-Brabant zijn maar weinig starters echt happy: circa 20%. Het meest tevreden zijn inwoners van Drenthe (40%), Gelderland, Overijssel, Flevoland, Limburg en Utrecht (iets boven de 30%).
Noodgedwongen in huis bij pa en ma
Vanwege de krapte op de woningmarkt wonen veel starters bij hun ouders. Zij zien dat vooral als een noodzakelijk kwaad, zo blijkt: maar liefst 92% van hen zou liever op zichzelf willen wonen.
Dat ze toch bij hun vader en moeder onder één dak wonen, komt omdat ze geen geschikte andere woning kunnen vinden (63%) of dat eigen woonruimte simpelweg te duur is (32%).
Lange zoektocht
Hoe ingewikkeld het is om een huis te vinden, blijkt ook uit de duur van de zoektocht. Maar liefst 48% van de starters is al langer dan een jaar op zoek naar woonruimte en 13% zelfs drie jaar of langer. Slechts 32% is binnen een half jaar geslaagd.
Wie een huis koopt, stuit op allerlei obstakels. Bijna de helft (46%) van de aspirant-kopers is naar eigen zeggen al overboden of verwacht dat dit gaat gebeuren. 39% zegt geen antwoord te krijgen van makelaars of wordt niet uitgenodigd voor een bezichtiging.
Lees ook: VEH luidt noodklok over oneerlijke praktijken makelaars
Aspirant-huurders hikken vooral aan tegen de hoge huurprijzen. Maar liefst 47% vindt de vrije sector te duur. Nog eens 37% vindt de inkomenseisen te hoog en 14% valt over de hoogte van de borg.
In de sociale huur (met huurprijzen van maximaal €752,33) is vooral het gebrek aan inschrijfduur een obstakel: 39% loopt hier tegenaan.
Wensen worden neerwaarts bijgesteld
Om toch maar aan een woning te kunnen kopen, stellen starters hun wensen bij, door bijvoorbeeld op zoek te gaan naar een andere wijk of zelfs buiten de stad. Dit gebeurt vooral in grote steden en in landelijk gebied. In kleine steden is de kans om een huis te vinden op je favoriete locatie het grootst: 84%.
Lees ook: Extreme verschillen in huizenprijzen tussen gemeenten èn daarbinnen
... en de portemonee wordt getrokken
Ook zijn starters bereid om dieper in de buidel te tasten dan ze oorspronkelijk van plan waren. 67% van de aspirant-huurders heeft het budget noodgedwongen verhoogd. Bij een derde van hen gaat het om €200 tot €350 per maand.
Onder de aspirant-kopers stelt 53% het budget naar boven bij. Bij 41% van hen gaat het om meer dan €25.000.
Check ook: Zo kun je als starter tóch een woning kopen