In Amsterdam wordt één op de vijf huizen weer voor gemiddeld 10.000 euro boven de vraagprijs verkocht, blijkt uit een onderzoek van Makelaarsvereniging Amsterdam.
De huizenprijzen stegen vorig jaar landelijk met 3%, in Amsterdam was het zelfs 10%. En de hypotheekrente staat gigantisch laag, wat het voor veel mensen aantrekkelijk maakt om een huis te kopen.
Lees ook: Zo laag als nu was de rente nog nooit (in de laatste 450 jaar)
Goeie kans dat er links en rechts om je heen wordt gezegd dat je gek bent als je nu niet koopt. Maar een eigen huis kopen, dat past niet bij iedereen. Soms is het verstandiger om in een huurhuis te blijven zitten. Dit zijn drie mogelijke redenen.
Check ook: Staan de sterren nu het gunstigst voor starters op de woningmarkt?
1. Een huis bezitten komt met kosten en zorgen
Lekkend dak of verstopte gootsteen? Als je een huis huurt bel je in zo'n geval de huurbaas. Hij is de eigenaar van de woning en is dus verantwoordelijk voor het repareren van gebreken. Ben je zelf die eigenaar, dan moet je het zelf dus oplossen. Met alle kosten van dien.
Een klein probleempje is nog wel te verhelpen, zeker als je dat zelf prima kunt. Maar wat als het hele pand nieuwe kozijnen nodig heeft? Of als de deuren echt aan vervanging toe zijn? En er iets mis is met de leidingen?
Het bezitten van een huis kan op die manier zorgen met zich meebrengen waarover je 's nachts piekert, terwijl je als huurder dan wél rustig kunt slapen.
Daarnaast zijn er ook nog aardig wat terugkerende kosten die huiseigenaren moeten betalen, daar moet je rekening mee houden. Het houdt in elk geval niet op bij de maandelijkse hypotheek en je gas en elektra. Denk aan de OZB-belasting en het eigenwoningforfait, die worden bepaald aan de hand van de WOZ-waarde van je huis.
Ook al wordt je huis steeds meer van jezelf doordat je de hypotheek aflost (iets wat bij huren niet mogelijk is), je maandlasten kunnen wel flink zijn. Hier vind je een overzicht van mogelijke kostenposten.
Lees ook: Stappenplan: kopen of huren?
2. Als huurder ben je veel flexibeler
Als je tot aan je pensioen voor dezelfde baas (in dezelfde stad) werkt is het zo'n gek idee nog niet om te gaan kopen. Je blijft dan immers waar je zit. Maar tegenwoordig wordt er veel geswitcht van baan en dan moet er soms ook verhuisd worden naar een ander deel van het land, of zelfs naar het buitenland.
Een huis is wel te verkopen, maar dat is niet er se makkelijk of snel geregeld. Sinds 2008 zitten veel Nederlanders vast aan hun huis, dat ze niet kwijtraken voor de gewenste prijs.
Als je denkt dat er best een kans is dat je op korte termijn elders aan de slag wilt of zult gaan, dan is het slimmer om - in elk geval voorlopig - nog even te blijven huren.
Check ook: Je wilt verhuizen, maar je huis staat onder water. Dit zijn je opties.
3. Huizenprijzen kunnen ook dalen
De laatste dertig jaar deden de huizenprijzen het fantastisch en veel Nederlanders die een huis bezitten of die nu de woningmarkt willen betreden kennen alleen maar stijgende prijzen, op een daling na in 2008.
Maar de Maastrichtse hoogleraar Piet Eichholtz laat zien dat huizenprijzen ook fors kunnen dalen, zelfs midden in het centrum van Amsterdam. Hij bedacht de Herengrachtindex, die de prijsontwikkeling van grachtenpanden in die straat weergeeft van 1650 tot nu.
Te zien is dat de huizenprijzen in de 17e eeuw kelderden met 37% op de Herengracht, onder meer als gevolg van pestuitbraken.
Als je je huis echt hebt gekocht als duurzaam consumentengoed - zoals een auto - en er vooral van wilt genieten, dan is er zolang je je hypotheek en andere lasten kunt betalen nog niet zo heel veel aan de hand.
Maar als je je huis echt ziet als investering, waar je later absoluut winst van op gaat strijken, dan kun je nog wel eens van een koude kermis thuiskomen. Lees ook dit verhaal van Z24: Huis niet meer zo aantrekkelijk als belegging.
Lees ook: Nog drie redenen om te blijven huren